Vorige pagina
De Amsterdamse Canon - deel 2(artikelnummer:AC6260)

11. Wisselbank (1609) - In het stadhuis was de Wisselbank gevestigd. Daar konden munten worden gewisseld of andere geldtransacties verricht. De Wisselbank was een onmisbare instelling in een stad die het centrum vormde van wereldwijde handelsnetwerken. Ze zorgde voor een betrouwbaar en soepel betalingsverkeer, een belangrijke voorwaarde voor de handel op de Beurs vlakbij.
12. Grachtengordel (1612) - Amsterdam is wereldberoemd om haar grachtengordel. De Heren-, Keizers- en Prinsengracht liggen in halve cirkels om de oude middeleeuwse stad heen. Ze zijn het resultaat van de eerste grote stadsuitbreiding.
13. De Spaanse Brabander (1617) - Amsterdam is groot geworden door immigratie. Dat geldt zeker voor de Gouden Eeuw. De bevolking verdriedubbelde in minder dan een halve eeuw tijd. De ‘echte’ Amsterdammers herkenden hun stad amper meer terug. De immigratie was goed voor de economie, maar zorgde ook voor sociale problemen.
14. Westerkerk (1631) - Het gereformeerde protestantisme speelde een belangrijke rol in de samenleving. Het was de heersende kerk in de Republiek en dus ook in Amsterdam. Dat werd duidelijk gemaakt door de Westerkerk, indertijd het grootste gereformeerde kerkgebouw ter wereld.
15. Athenaeum Illustre (1632) - Behalve de handel bloeide ook de wetenschap. Met het Athenaeum Illustre kreeg Amsterdam eindelijk haar eigen school voor hoger onderwijs. De stad haalde hiermee grote geleerden als Barlaeus en Vossius binnen haar muren. Ook de machtige heren uit de elite verdiepten zich in de wetenschappen en kunsten.
16. Nachtwacht (1642) - ‘De Nachtwacht’ is het bekendste schilderij uit de Gouden Eeuw. De eigenzinnige Rembrandt van Rijn maakte dit schuttersstuk tot een meesterwerk. Rembrandt was oorspronkelijk afkomstig uit Leiden, maar net zoals vele collega-schilders naar Amsterdam getrokken. De vraag naar schilderijen was er groot.
17. Stadhuis (1648) - Het achtste wereldwonder. Zo werd het nieuwe stadhuis op de Dam genoemd. Het monumentale gebouw toonde in alles de macht en glorie van het stadsbestuur. De burgemeesters hadden het niet alleen in de stad voor het zeggen, maar waren ook nationaal en internationaal spelers van formaat.
18. Firma Blaeu (1662) - Vader en zoon Blaeu produceerden wereldberoemde atlassen, globes en kaarten. Er waren veel drukkers en uitgevers zoals zij in Amsterdam. Door de goede handelsnetwerken bereikten de boeken makkelijk de lezers in binnen- en buitenland. Andersom was de stad door diezelfde netwerken snel op de hoogte van de laatste nieuwtjes, waardoor zich hier ook de journalistiek kon ontwikkelen.
19. Hoogduitse en Portugese synagoge (1671 en 1675) - Vergeleken met elders was de Amsterdamse tolerantie ten opzichte van haar vele joodse inwoners ongekend groot. Zo mochten ze grote, zichtbare synagoges bouwen. Joden konden het poorterschap kopen en zich vrij in de stad vestigen. Maar helemaal gelijk aan de andere stedelingen waren ze toch ook weer niet.
20. Sociëteit van Suriname (1683) - De kolonie Suriname was eigendom van de Sociëteit van Suriname. Als een van de drie eigenaren van deze Sociëteit had Amsterdam veel belang bij een winstgevende kolonie. Suriname leverde vooral suiker en later ook koffe. Die werd door Afrikaanse slaven geproduceerd op de plantages. Ook aan de slavenhandel heeft Amsterdam veel geld verdiend.


KLIK HIER
 
 Terug naar de laatste pagina