Vorige pagina
De Amsterdamse Canon - Het Mirakel van Amsterdam (1345)


Processievaandel, mirakel van Amsterdam, ca. 1555,
detail Collectie Amsterdams Historisch Museum
3. Het Mirakel van Amsterdam (1345)
In een huis aan de Kalverstraat vond een wonderbaarlijke gebeurtenis plaats. Dit Mirakel van Amsterdam maakte van de stad een populair bedevaartsoord. Van heinde en verre stroomden de katholieke gelovigen toe, waaronder de latere keizer Maximiliaan.

In maart 1345 lag in een woning aan de Kalverstraat een man doodziek te bed. Een priester diende hem het heilige sacrament toe, dat wil zeggen dat hij de stervende man een hostie (een schijfje brood van ongezuurd tarwemeel) gaf. Deze braakte echter de hostie uit en hoewel het braaksel in het vuur geworpen werd, kwam de hostie er ongeschonden uit. De priester bracht de hostie daarom naar de Nicolaaskerk (de huidige Oude Kerk), maar de hostie keerde op onverklaarbare manier terug naar de Kalverstraat. De hostie werd nu in processie naar de Nicolaaskerk teruggebracht, maar opnieuw verscheen de hostie in de Kalverstraat. Toen was duidelijk dat het hier om een wonder ging, ‘een mirakel’.

In 1346 erkende de stedelijke overheid het wonder. Dat oordeel werd vervolgens door de kerk bevestigd. Wie de plaats van dit wonder als pelgrim bezocht, verkreeg van de kerk een aflaat: vermindering van straf in het hiernamaals voor begane zonden.

Op de plaats van dit wonder – de Heilige Stede (‘heilige plek’, of in het Latijn ‘Locus Sacer’) – werd een kapel gebouwd, waarin de haard uit de ziekenkamer was opgenomen en de hostie voor de gelovigen te zien was. Vele verbouwingen later vormde deze kapel het vertrekpunt van een jaarlijkse processie door de stad, waaraan zowel stedelijke als kerkelijke autoriteiten in vol ornaat deelnamen. Deze mirakelprocessie, op de eerste woensdag na 12 maart, was het luidruchtige jaarlijkse hoogtepunt in het stedelijk leven. Zij bevestigde de onderlinge band; niet-Amsterdammers mochten dan ook niet meedoen.

Die mochten wel als pelgrim langskomen: Amsterdam werd zelfs een populair pelgrims-, of bedevaartsoord. Langs de Heiligeweg stroomden de bezoekers toe naar de Heilige Stede, om het wonder te aanbidden en verlichting te vragen bij ziekte en ander onheil. Een van de belangrijkste pelgrims was Maximiliaan van Oostenrijk, koning in Duitsland. Uit dank voor zijn genezing zou hij Amsterdam in 1489 het recht hebben verleend om de koningskroon op te nemen in het stadwapen. Toen Maximiliaan negentien jaar later tot Duits keizer werd gekozen, veranderde dat in de keizerskroon. Deze bekroont nog altijd de toren van de Westerkerk.

Met de Heilige Stede liep het overigens niet goed af. In 1578 zou de kapel in bezit genomen worden door de protestanten. De katholieke herinnering aan dit mirakel werd sindsdien gekoesterd in het kerkje op het Begijnhof. Processies vonden niet meer plaats. Maar vanaf 1887 werd de traditie weer hervat; nu als een zwijgende processie, de Stille Omgang. Tot irritatie van de protestanten: dat was in ieder geval een van de argumenten om de oude kapel af te breken (1908) en een nieuwe kerk te bouwen, grotendeels onzichtbaar achter huizen en winkels. De kerk is nu in gebruik als The Amsterdam Dungeon,waar de bezoekers “meer dan 500 jaar griezelige authentieke geschiedenis tot leven …en dood” kunnen beleven.

Met speciale dank aan het Historisch Museum Amsterdam voor het mogen gebruiken van beeldmaterialen en teksten
KLIK HIER
 
 Terug naar de laatste pagina