Vorige pagina
De Amsterdamse Canon - deel 3(artikelnummer:AC6277)

21. Buitenhuizen (ca. 1600-1800) - De rijke Amsterdammers ontvluchtten in de broeierige zomermaanden massaal de stad. Op hun buitenplaatsen genoten ze van de natuur en de frisse lucht. Ze vereerden elkaar met vele bezoekjes, dronken thee en kwamen bij van de stadse drukte.
22. Bankiershuis Hope & Co (1762) - In de achttiende eeuw verschoof de handel in goederen, naar handel in geld. Bankiershuizen kwamen op, zoals het vermaarde Hope & Co aan de Keizersgracht. De frma verzorgde leningen en investeringen door heel Europa. Ook particulieren als de steenrijke weduwe Borski speelden een belangrijke rol in de Amsterdamse fnanciële wereld.
23. Felix Meritis (1777) - Aan de Keizersgracht opende het statige Felix Meritis zijn deuren. Dit genootschap wilde de kunsten en de wetenschappen bevorderen. Een populaire activiteit in het tijdperk van de Verlichting. De stad kende vele kleine en grote, zeer sjieke en laagdrempelige genootschappen waar gelijkgestemde zielen elkaar konden treffen.
24. Paleis op de Dam (1808) - Het stadhuis veranderde met de komst van de Franse koning Lodewijk Napoleon in het Paleis op de Dam. Aan de onafhankelijkheid en de macht van de stad was een einde gekomen. Het trotse Amsterdam was nu onderworpen aan een koning van buitenlandse afkomst.
25. Algemeen Handelsblad (1828) - Het eerste ‘moderne’ dagblad was het Algemeen Handelsblad. Voor het eerst streefde een krant ernaar om onafhankelijk nieuws te brengen. Het was wel even wennen voor de negentiende-eeuwers.
26. Artis (1838) - Artis was de eerste dierentuin op het Europese vasteland. In de beginjaren zou de tuin in de Plantagebuurt alleen toegankelijk zijn voor de welgestelde burgers. Later mochten ook de gewone Amsterdammers zich vergapen aan de wilde dieren, het bijzondere aquarium, de musea en de uitgebreide wetenschappelijke bibliotheek.
27. Paleis voor Volksvlijt (1864) - De moderne tijd brak aan. Het symbool van de nieuwe tijdgeest was het Paleis voor Volksvlijt. Het glazen paleis was er gekomen dankzij de inspanningen van de joodse arts Samuel Sarphati.
28. Noordzeekanaal (1876) - De eens zo bedrijvige haven was begin negentiende eeuw in verval. Door een directe verbinding met de open zee aan te leggen, hoopte Amsterdam de beroerde economie weer op te peppen. De eerste boten konden in 1876 eindelijk door het Noordzeekanaal varen.
29. Vondelpark en Museumplein (1865 en 1885) - In een poging om de rijken in de stad te houden, kwam er een mooi, groot Rij- en Wandelpark vlak achter het Leidseplein te liggen. Daarnaast verrees een nieuwe wijk, met dure huizen voor de elite en culturele instellingen van allure: het Rijksmuseum, het Concertgebouw en het Stedelijk Museum.
30. Kees de jongen (1890) - Als je voor een dubbeltje geboren bent, word je nooit een kwartje. Dat had lang gegolden voor de kinderen uit de arme milieus. Door de ontwikkelingen in het onderwijs eind negentiende eeuw veranderde dat. Sommigen kregen een kans op een beter leven. Nergens wordt dat zo duidelijk als in Kees de jongen, het beroemde boek van Theo Thijssen.


KLIK HIER
 
 Terug naar de laatste pagina